Klantcontact: heb ik hier wel goed aan gedaan…?
27 May 2015
Het is woensdag eind van de dag wanneer de chauffeur mijn kamer binnenkomt: er staat een Nederlander aan de balie die geen paspoort heeft en naar Kroatië wil. Zal hij hem wegsturen en zeggen morgen terug te komen? Onze consulaire medewerkster is net naar huis, de openingstijden van de consulaire balie zijn sowieso eigenlijk alleen ’s ochtends. Toch wil ik het verhaal even zelf horen. Ik besluit om niet naar de balie te lopen – iemand te woord staan vanachter dat dikke kogelvrije glas vind ik altijd wat afstandelijk – maar de wachtkamer binnen te lopen.
Wanneer ik de wachtkamer binnenstap, twijfel ik echter: heb ik hier wel goed aan gedaan…? In de wachtkamer zit een beer van een kerel, bijna 2m en zeker 120kg schat ik. Wat als hij aggressief is? Hij blijkt echter de vriendelijkheid zelve en doet zijn verhaal: hij is op weg naar Kroatië voor een ceremonie ter nagedachtenis van een overleden goede bekende, waarbij diens as uitgestrooid zal worden in de Adriatische Zee. Wanneer? Vanavond. Kan hij dat nog halen? Het is in Istrië, 2 uur rijden van Ljubljana, dus dat moet nog lukken. Waarom heeft hij geen paspoort? Hij is het onderweg kwijtgeraakt en heeft een politierapport. Het verhaal klinkt plausibel. Ik leg hem uit dat ik ga overleggen met ons back-office in Praag of wij hem kunnen helpen. Ik verdwijn weer uit de wachtkamer, door de sluis, de beschermde omgeving van het kantoor in.
Bij het Regionaal Support Office in Praag wordt meteen de telefoon opgenomen en denken ze er hetzelfde over als ik: dit is een noodgeval, waarvoor we een laissez-passer uit kunnen schrijven. Ik ga aan de slag. Ik heb dit tweeënhalf jaar geleden voor het laatst gedaan, maar gelukkig ligt er een goede invulinstructie in de kast. De chauffeur stuurt de Nederlander naar de fotograaf voor een pasfoto. Ik scan vast zijn rijbewijs om dit naar Praag te sturen, zodat ze kunnen controleren of de man niet gesignaleerd staat. Het zou natuurlijk rampzalig zijn, als ik een crimineel zou helpen ‘ontsnappen’ uit het Schengengebied die in Nederland gezocht wordt. Zo’n jammerlijk einde van mijn carrière voorkom ik liever. Gelukkig krijg ik snel antwoord uit Praag: alles is in orde en ik mag het laissez-passer afgeven. Dat moet met de hand geschreven worden.
IJverig zet ik mij aan het schrijven, met zwarte pen, in blokletters, zo netjes mogelijk, ik waan me voor even terug op school. Oeps, een schrijffout. Ik pak een nieuw laissez-passer en begin opnieuw. Heb ik weer pech: de man is een zuiderling en heeft vier voornamen. Met prit zijn pasfoto vastplakken, stempel erover – heel belangrijk, weet ik: in Oost-Europese landen doen stempels wonderen – en voorzichtig, zonder kreukels, het laminaat erover plakken. Gelukt! Ik ben best tevreden met het resultaat. De man is het ook en tikt blij de bijna 50 euro af die mijn knutselwerkje hem kost. Glimlachend verlaat hij het pand. Ik pak de draad weer op achter mijn bureau. Ook al is het werk, toch heb ik het voldane gevoel een goede daad te hebben verricht.
De volgende dag is het overigens weer raak. Een gezin, op weg naar Kroatië, heeft de paspoorten op de keukentafel laten liggen. Ditmaal geen noodgeval, ze zijn op weg naar hun vakantiebestemming. De ‘gewone’ noodpaspoorten die ze aanvragen, zijn hier over één of twee dagen. Maar ja, een kort verblijf in Ljubljana is ook geen straf.
About the author
Written by Paul van Oostveen
Paul van Oostveen
Deputy Head of Mission at the Dutch Embassy in Ljubljana, Slovenia.
Educated as a biologist at the University of Groningen, Paul made a career switch when he joined the Dutch foreign service in 1997. He has worked on various positions at the ministry and abroad, in Belgrade, St.Petersburg and since 2012 in Ljubljana. He is married and has two daughters and a son.
You must be logged in to post a comment.